Ekkergem militair hospitaal

Voormalig Klooster van Deynze, thans Militair Hospitaal. Ook klooster van Sint-Margaretha (in Bethlehem). Stichting van een refugiehuis van het Begijnhof van Deinze bij de Sint-Martinuskerk in Ekkergem in 1477.
Uitbreiding in 1503 en 1520. Na vernietiging van het moederklooster in 1584, tot zelfstandig klooster verheven. In 1610 wordt de eerstesteenlegging van de kerk vermeld. Bouw van een nieuw kloosterpand in 1619-1624. Van 1783 tot 1790 opgeheven. In 1793 worden de oude school- en kloostergebouwen ingericht als militair hospitaal, het zogenaamde "Krijgsgasthuis". In de loop der jaren aangevuld met nieuwe gebouwen, ondermeer in 1908 en 1939. In 1957 voor een deel ondermeer de laat-gotische kapel (1611), hoofdingang en portierswoning gesloopt en vervangen door nieuwe bouw (confer huidige straatvleugel). Sedert 1970 afdeling van het Academisch Ziekenhuis als Militair Medisch Centrum.
Het kloosterdomein werd voorheen begrensd door de "Akkergemplaetse" (noordelijk) heden Ekkergemstraat en de stadsversterking (westelijk). Inkrimping aan de westelijke zijde waar zich de stallingen, brouwerij en kapel bevonden. In zijn huidige vorm gaat het om een U-vormig complex gebouw uit eerste helft zeventiende eeuw geschikt rondom een binnenhof en ten zuidwesten latere (negentiende- en twintigste-eeuwse) uitbreidingen. Bakstenen gebouw verwerkt met zandsteen van twee bouwlagen onder pannendaken.
De onderkelderde westvleugel omvatte eertijds het kwartier van de overste, refter en calefactorium. Aangepast in de negentiende eeuw doch met behoud van het zeventiende-eeuws karakter (traditionele stijl). Gevel aan de binnenhofzijde van twaalf traveeën. Sporen van spitsboogarcade, thans rechthoekige vensters, met doorlopende booglijst op imposten. Rechthoekige vensters met hoekblokken en tot speklagen en kordons doorgetrokken dorpels van zandsteen.
De westvleugel omvatte een werkplaats, het noviciaatshuis en ontvangstzaal. Gelijkaardige gevel van negen traveeën.
Ten oosten oude kloostergang: eenlaags gebouwtje van zeven traveeën. Poortgebouwtje tot de eerste behuizing van de zusters augustinessen daterend van 1879, in 1960-1965 ingericht als tehuis voor bejaarde dames. Gerestaureerd in neobarokstijl, zie Ekkergemstraat nummer 207, op deuromlijsting voorzien van opschriften "Anno 1504" en "Anno 1937" verwijzend naar stichtingsdatum van het klooster en bouwjaar van het desbetreffende gebouw.
De oude gebouwen van de voormalige Abdij van Ekkergem te Sint-Denijs-Westrem werden reeds sedert 1793 omgevormd tot een Militair Hospitaal. Van de praal uit lang vervlogen tijden getuigden steeds de goed bewaarde gang en de rijk versierde kapel.
Op het domein van 2,3 Ha werden later steeds nieuwe bijkomende gebouwen opgericht : in 1908 (blok B), in 1939 (blok C of blok Melchior), in 1957-58 (blok D) en in 1959-60 (polykliniek langs de Bisschop Triestlaan).
Aan de vooravond van de eerste wereldoorlog werd het hospitaal verrijkt met een operatiezaal en vier nieuwe patientenkamers waardoor de capaciteit opgevoerd werd tot 300 bedden.
Tijdens de oorlog werd het hospitaal door de agressor gebruikt.
Vlak voor de tweede wereldoorlog kreeg het hospitaal te kampen met een uitbraak van besmettelijke ziekten, waarvoor het niet uitgerust was. Er werd een blok bijgebouwd om deze patienten op te nemen.

Deze blok kreeg na de oorlog de naam van zijn oprichter Kolonel Melchior die omkwam in het concentratiekamp Buchenwald.
Tijdens WOII werd vooreerst het Rode Kruis in de hospitaalgebouwen geïnstalleerd met Belgisch militair personeel onder Duits toezicht. Eind 1941 werd het hospitaal door de Duitsers opgeheven.
In september 1944 bezette het Belgisch personeel terug zijn vroegere gebouwen. Het was het eerste militair hospitaal dat na de bevrijding  heropende.
In 1947 werd het hospitaal opnieuw opgeheven. Toen korte tijd later het Gentse weeshuis afbrandde, vestigde het zich tijdelijk in de gebouwen.
Eind 1951 werd een deel van de gebouwen opnieuw als militair hospitaal ingericht.
Op 1 maart 1962 werd het eigenlijke Militair Hospitaal definitief gesloten. Een aantal gebouwen werden afgebroken en er werden geen fundamentele verbouwingen meer uitgevoerd.
Het Kwartier Goemans werd een Militair Medisch Centrum en het Gentse Academisch ziekenhuis kreeg een gebruiksvergunning voor de meeste accomodatie.Vanaf half de jaren 1980 bevond er zich militair in de gebouwen enkel nog een apotheek, een zaal voor fysiotherapie en een tandartskabinet afhankelijk van het Militair Hospitaal van Oostende.

In de overige gebouwen bevonden zich ook nog enkele andere verschillende militaire diensten.