Minard

De Minardschouwburg, meestal kortweg "De Minard" genoemd, ligt aan de Walpoortstraat in de Waalse Krook. Ze werd gebouwd in 1847 door de Belgische architect Louis Minard, als reactie op de Franstalige schouwburg en opera in Gent.
De voorgevel is in neoclassicistische stijl. Op de trappen voor de Minard zit een standbeeld van Vlaams acteur en conferencier Romain Deconinck, die de Minard als thuisbasis had voor zijn gezelschap Romain Deconinck en zijn beren en naast de schouwburg met de Marimain een theatercafé had.
Tot 1898 deed de Minardschouwburg dienst als Nederlandse Schouwburg van Gent. Vanaf 1898 werd deze functie overgenomen door de Koninklijke Nederlandse Schouwburg aan het Sint-Baafsplein.
In 1979 werd de Minardschouwburg met omgeving als stadsgezicht beschermd. De Minardschouwburg afzonderlijk werd in 1988 nog eens als monument beschermd.

Louis Minard

Op 27 juni 1847 opende de Gentse architect en vrijmetselaar François Louis Minard (1801-1875) de deuren van de Minardschouwburg. De toneelvereniging Broedermin en Taelijver had hem overtuigd om deze eerste schouwburg voor Nederlandstalig toneel in Vlaanderen te bouwen. Minard ontwierp en financierde het gebouw volledig zelf.
Architect Minard ontwierp een klassiek 19e-eeuws lijsttheater met liervormige zaal. De gevel kreeg invloeden van de Italiaanse renaissancearchitectuur. Aanvankelijk lag het ‘parterre’ op de eerste verdieping en was de zaal toegan- kelijk via een zijdeur of een tweede toegang in de Korianderstraat. Op de plek van de huidige entree was er een café – een cultureel subsidiebeleid bestond toen nog niet; de inkomsten moesten dus van elders komen. Dat veranderde in 1905 toen architect Jules Pascal Ledoux de schouwburg verbouwde. Het parterre zakte tot het straatniveau en de hoofd- ingang kwam in het midden van de voorgevel.
Twintig jaar later verbouwden de architecten-aannemers Aubin en Serck de schouwburg opnieuw. Er kwam een balkon op de eerste verdieping, een plek om ‘te zien en gezien te worden’.
Met de komst van theatermakers Henri Van Daele en later Romain Deconinck werd de Minardschouwburg het Gentse volkstheater bij uitstek.
Daarna werden er geen fundamentele werken meer uitgevoerd, waardoor er verval dreigde. In 1988 kocht de Stad Gent de schouwburg. Ze sloot die echter onmiddellijk uit veiligheidsoverwegingen. Het architectenduo Luc D’hooghe en Rose Werckx renoveerde de Minard tot een speelruimte voor hedendaags en vernieuwend theater, zonder afbreuk te doen aan de historische geest van de schouwburg.

Romain Deconinck

Na de Tweede Wereldoorlog werd het gezelschap van Romain Deconinck (1915-1994) het nieuwe huisgezelschap van de Minard. Deconinck had zijn eerste stappen in de toneelwereld gezet door met Hélène Maréchal sketches op te voeren in bioscopen. Op vraag van impresario Dickson had hij in 1941 zijn eerste revue Past op de velodieven geschreven voor de Minardschouwburg.
Na de oorlog werd hij beroepsacteur en richtte hij zijn eigen toneelgroep op, Gezelschap Romain Deconinck, beter gekend als ‘Deconincks beren’. Daarmee zette Deconinck de traditie van de revue voort – ballet, muziek en vooral het showaspect met oogverblindende kostuums domineerden de voor- stellingen. Toen de revue minder volk lokte, veranderde het repertoire van Deconincks beren naar ‘echte’ stukken met rake humor. Later brachten ze meer geëngageerde voorstellingen. Die kregen wel altijd een happy end, want volgens Romain was er in het leven altijd hoop op iets beters.