Ketelpoort.                       

De Ketelpoort is gebouwd  in de 12e eeuw en was de poort gelegen aan de ketelvest.. Zij werd ook wel de “Franse Poort” genoemd omdat de weg die onder de poort vertrok richting Frankrijk liep.
De Ketelpoort had een buiten- en een binnenpoort aan weerszijden van de vest en  deze torens waren verbonden door een brug.
Na het bouwen van de Heuvel- of Kortrijksepoort verloor de Ketelpoort haar functie als buitenpoort.
In 1780 werd de volledige versterking afgebroken.
De versterkte torens aan en rond de Schelde waren gekend als “Ketels”. Blijkbaar leken ze op omgekeerde ketels met hun ronde daken.
De Franse vertaling luidt: “Porte des Chaudronniers”. Een chaudronnier is iemand die ketels koopt, maakt of herstelt. Ketelpoort is bijgevolg in ‘t Frans de Poort der Ketelslagers.

 

Kuipgat               

Het Kuipgat bevindt zich tussen de Ketelvest en het Gerechtshof, het maakte deel uit van een versterkte sluis van de 12de-eeuwse vestinggordel rondom Gent bij de Ketelpoort. De sluis zelf dateert waarschijnlijk van de 13de eeuw. 
Het Kuipgat is een gemetselde waterpoort, sas of spui, uit de 13e eeuw dat het waterpeil van de Leie in de binnenstad regelde. Ze bevond zich aan de overzijde van de huidige Zandpoortstraat aan de Kuipbrug.
Op de plaats van het huidige Gerechtshof dat in de 19de eeuw gebouwd werd, stond vroeger een Franciscanenklooster. In de 16de eeuw heeft  dit dienst gedaan als munitiedepot voor de stad.
Naast een spui maakte het Kuipgat ook deel uit van de versterking als deel van de eerste omwalling rond de stad. Daar de mogelijkheid bestond de lager gelegen stroken rond de Leie onder water te zetten was deze sluis een ideaal verdedigingsmiddel.
Het bovenste gedeelte van het Kuipgat werd in 1752 afgebroken, maar de sluis zelf bleef werken tot 1821. In 1879 werden de laatste  bouwwerken van deze eerste verdedigingsgordel weggebroken. Ook de stenen bodembedekking uit 1479 werd verwijderd waartussen verschillende grafstenen uit de 13e en 14e eeuw zijn teruggevonden. Deze zerken bevinden zich nu in het museum van de St.-Baafsabdij.

 

Ketelvest                           

De Ketelvest of Ketelvaart is een gegraven waterloop die deel uitmaakte van de tweede stadsomwalling en in opdracht van de stad, wellicht omstreeks 1100, werd gegraven. De gracht vormt een verbinding tussen de Leie en Schelde.
Met de uitgegraven aarde werd er aan de stadszijde een wal opgeworpen.
Het was de meest woeste en gevaarlijke vaarweg van Gent. Voorbijgangers die daar in de Schelde vielen kwam er niet levend uit. Men noemde het toen “In de ketel binnenvliegen”.