De Berg van Barmhartigheid

De Berg van Barmhartigheid werd opgericht in de 17de eeuw als liefdadigheidsinstelling en ligt in de Abrahamstraat

De 16de-eeuwse godsdienstoorlogen brachten een grote armoede mee. Daarom werden door de overheid gecontroleerde liefdadige instellingen opgericht, waar de behoeftige bevolking tegen een redelijke intrest bezittingen kon belenen.

Hofarchitect Wenceslas Coberger (1557- 1634) leerde deze pandhuizen kennen tijdens zijn verblijf in Italië. Van de aartshertogen Albrecht en Isabella verkreeg hij toestemming om ook in Gent een ‘Berg van Barmhartigheid’ op te richten. Het gebouw werd in 1622 opengesteld.  

De Gentse Berg bestaat uit drie delen: de conciërgewoning, het witte natuurstenen huis van de intendant en het eigenlijke pandhuis, waarvan de gevel herinnert aan een Italiaans palazzo. In stilistisch opzicht is het de eerste barokke constructie in Gent.

Tegen de gevel bevindt zich nog het wapenschild van bisschop Triest. Boven de toegangsdeur werden de inscriptie 'Mons Pietatis' en de passiewerktuigen aangebracht.

Binnen verwijzen de zware ijzeren deuren, de stevige rekken en de brandvrije gewelven naar de originele functie van het gebouw.

In 1930 werd de Berg gesloten en werd het Stadsarchief in dit pand ondergebracht tot 2005. Daarmee bleef de bewaarfunctie van het gebouw behouden.

Het hoekpand met de Bonifantenstraat wordt vanouds afgebakend door middel van een  omheiningsmuurtje met een 17e-eeuws rondboogpoortje en daarnaast een huis van Doornikse steen.

Bij de restauratie van de Berg van Barmhartigheid werd het huis gesloopt (zie sporen op de muren van de belendende huizen) en het gereconstrueerde muurtje doorgetrokken met herbruik van een venstertralie (17e-eeuws) uit het gesloopte huis. Het binnenplaatsje werd overdekt en doet thans dienst als opslagplaats.