IJskelders in de St Pietersnieuwstraat

Tijdens de bouw van studentenwoningen in de Sint-Pietersnieuwstraat, ontdekte een kraanman in 1998 plots een enorm gat onder een vloerplaat. Hij keek erdoor en tot zijn stomme verbazing zag hij een holte waar zijn kraan met gemak in zou kunnen verdwijnen.
De geschiedenis van de industriële site van de Hoveniersberg vangt aan in 1855 met de aankoop van het Emmaüskasteeltje met lusttuin, pakhuis en verschillende percelen aan de Hoveniersberg en Sint-Pietersnieuwstraat door François Donny, eminent wetenschapper gespecialiseerd in scheikunde en voedingsleer, later hoogleraar aan de Gentse universiteit en bedrijfsleider. Zijn kennis van scheikunde en voedingsleer bracht hij ook in de praktijk met de oprichting van een "Mineraalwater fabriek" zogenaamd "Blandin" in 1856 en de ontleding van de minerale eigenschappen van het water. Het mineraalwater werd door boringen via een "abyssinische put" uit belangrijke waterlagen in de Blandijnberg opgehaald. De geologische opbouw van deze getuigenheuvel met een afwisseling van zand- en leemlagen vormt ook een natuurlijke filter van ongeveer 20 meter.
Langs de Hoveniersberg werd een laboratorium annex fabriek van scheikundige producten opgericht waar Donny zijn uitvindingen ontwierp en uittestte. In de jaren 1870 breidde hij zijn bedrijf uit met een stoombrouwerij met magazijnen, tunnel met hijstoren en ijskelders. Voor de bouw van deze ijskelders werd, volgens de studie van G. Donny de geologische structuur van de bodem goed bestudeerd. De plannen van de "Brasserie et usines du petit château d'Emaüs", nu bewaard in het Museum voor Industriële Archeologie en Textiel te Gent, tonen duidelijk de inplanting, plattegrond en doorsneden van de toen opgerichte gebouwen, onder meer van de al beschermde tunnel en hijstoren in de flank van de Blandijnberg. Opmerkelijk op deze doorsnede is de aanduiding van twee ondergrondse ruimten in de vorm van een "dame jeanne", de eigenlijke ijskelders.
Het oorspronkelijk logo van de brouwerij was een voorstelling van het Emmaüskasteeltje met de brouwerijgebouwen en toren op de achtergrond en met het opschrift: "Brasserie & Glacière du Petit Château d'Emaüs". Het was het belangrijkste bedrijf in deze branche te Gent in het laatste kwart van de 19de en het eerste kwart van de 20ste eeuw.
De ijskelders kan je het beste vergelijken met twee reusachtige thermosflessen die in baksteen in de grond gebouwd werden. De grootste kelder heeft een diameter van 15 meter op het breedste punt en een inhoud van ongeveer 2.200 kubieke meter, de tweede heeft een diameter van 10 meter."
Het ijs voor brouwerij Blandinberg werd per schip aangevoerd vanuit Scandinavië. Op de Muinkkaai werd het op karren geladen en via een (nog bestaande) onderaardse gang naar de ijskelders gevoerd. De brouwerij lag lager op de helling dan de ijskelders.