Slag om het Gravensteen

Het Gravensteen is in het Gentse ook bekend om de zogenaamde "Slag om het Gravensteen". Deze vond plaats op 16 november 1949, toen Gentse studenten de burcht bezetten. Dit gebeurde volgens de overlevering uit protest tegen de verhoging van de bierprijs en het feit dat de politie zijn witte helmen zou vervangen door blauwe kepies, zodat ze moeilijker te onderscheiden waren van postbodes en taxichauffeurs. De studenten (Felix de Hemptinne, Tony Claeys, Henry Hubené, Ludo Tollenaere, Valeer Van Overwalle en Jos De Seranno) die het plan bedachten, hadden inderdaad spandoeken met slogans aangaande de bierprijzen en de politiekepies gemaakt, maar volgens getuigenissen van enkele van de initiatiefnemers (Henry Hubené en Jos De Seranno) ging het om een studentengrap zonder expliciete statements, die uit verveling ontstond. Medestudenten werden via een pamflet opgeroepen deel te nemen, met de volgende tekst:

“Dit briefje vlug en onopgemerkt laten doorgaan. De inhoud ervan geheimhouden. Commilitones, neemt allen deel aan de reusachtige studentengrap die op touw wordt gezet voor woensdag 16 november. Scenario: bezetting van het Gravensteen. Weest gij ook op post: komt het Gravensteen binnen tussen 14.30 en 15.10 u. Alles is geregeld voor uw aankomst. Komt niet in groepen. Bergt uw flatten in uw zak en blijft kalm en gedisciplineerd. Waarschijnlijk bierclub in het Gravensteen. Brengt munitie van alle slag, doch onopgemerkt, desnoods ook uw boterhammen mee. Einde tussen 18 en 19 uur??? Wachtwoord: Uilenspiegel! Belangrijk bericht: Zweigen. Feind hört mit!”

Politie, brandweer en rijkswacht werden ingeschakeld om het Gravensteen te ontruimen, wat uiteindelijk ook lukte. Mede onder druk van de publieke opinie werd geen enkele student gerechtelijk vervolgd.

Tot op de dag van vandaag wordt deze "grootste studentengrap aller tijden" jaarlijks herdacht met de "Gravensteenfeesten" en de "Uylenspiegelfeesten". Dit is elk jaar een feest voor een kleine duizend Gentse studenten. De bezetting is ook herdacht in een lied, De slag om het Gravensteen, dat traditioneel op Gentse cantussen wordt gezongen. Het lied werd door E. De Ridder in opdracht van het K.V.H.V. Gent geschreven. Het werd voor het eerst gepubliceerd in een van de uitgaven van het blad van het K.V.H.V. Gent in 1950 of 1951. De exacte jaargang is onduidelijk aangezien het archief van de UGent niet over deze jaargangen beschikt.

Op 16 november 1949 verschansen 138 studenten (onder wie één meisje) zich in het Gentse Gravensteen en dit als protest tegen de stijging van de bierprijs van 3 naar 4 frank. In alle auditoria van de unief gingen die dag briefjes rond om de studenten op te roepen om in de namiddag en masse naar het kasteel te komen. 136 studenten betraden het Gravensteen met een stootkar vol overrijp fruit en dito groenten en ze barricadeerden de poorten. Al vlug verschenen er op de kantelen bordjes met leuzen als Uylenspiegel is nog niet dood en Bier aan drie frank de pot. In het begin bleef het vrij rustig, tot twee agenten voorbij fietsten en een stuk fruit tegen hun hoofd kregen. Er werden massaal veel rijkswachters, agenten en brandweerlui opgetrommeld om het protest in de kiem te smoren. Maar de eerste twee uur werden ze bedolven onder een regen van fruit en graszoden. Na een paar uur vonden de ordehandhavers dan toch een zwakke plek, de toren boven de poort die niet bezet was. Via een brandweerladder bereikten ze de toren, waar ze met hun wapenstokken een einde maakten aan het studentenfeestje. Omdat het publiek de grap wel kon smaken, werden de studenten niet vervolgd.