St Antoniushuis.

Dit is het voormalig schuttershof van de haakbusschieters en kanonniers van de Sint-Antoniusgilde, heden tehuis Sint-Antonius.
De in 1488 opgerichte Sint-Antoniusgilde hield vanaf 1532 haar oefeningen en vergaderingen op een domein gelegen op de Vogelenzang aan de Lieve daartoe aangekocht door de stad. Eerstesteenlegging van het nieuwe gildehuis in 1639, afgewerkt in 1641.
Door een koninklijk decreet van 1703 werd de Sint-Antoniusgilde tijdelijk afgeschaft, het schuttershof met gildehuis werd eigendom van de stad en deed van dan af dienst als hospitaal voor officieren en invalide soldaten.
Eind 1777 werden de gebouwen gehuurd van de stad voor de inrichting van een armenhospitaal, het zogenaamd "oudmannekenshuys" gesticht door baron Van der Meersch de Berlaere, Moeraert en G. Van Eersel, bisschop van Gent.
Later een tehuis voor oude mannen en vrouwen, zogenaamd "huys van Bermhertigheid".
Sinds 1805 rusthuis voor oude dames. Stichting in het Sint-Antoniushospitaal in 1809 van een kloostergemeenschap, de zogenaamd dochters, later zusters van Liefde van de Verrezen Zaligmaker, in 1955 toegetreden tot de zustergemeenschap van de Heilige Jozef of josephinen van de Briel.
Tehuis van Sint-Antonius werd later eigendom van het Bestuur der Burgerlijke Godshuizen, heden O.C.M.W.
Het is nu  een 0,95 ha groot park, door huizen ingesloten. Het is een sierlijke tuin met boomgaard, kruidenborders en kleine paden die je leiden door wat vroeger een kloostertuin was. Je hebt een ruime keuze uit zonnige plekjes op de grasperken. Hier heb je nagenoeg geen last van omgevingsgeluid. Alleen het kabbelende water en pijlen uit schuttersbogen doorbreken de stilte.

Het is dus het voormalig schuttershof van de haakbusschieters en kanonniers van de Sint-Antoniusgilde, heden tehuis Sint-Antonius.
De in 1488 opgerichte Sint-Antoniusgilde hield vanaf 1532 haar oefeningen en vergaderingen op een domein gelegen op de Vogelenzang aan de Lieve daartoe aangekocht door de stad. Eerstesteenlegging van het nieuwe gildehuis in 1639, afgewerkt in 1641. Toren aan de noordwestkant van het gildehuis vermoedelijk opgetrokken in 1664, doch in 1821 gesloopt. Vanaf 1678 werd het schuttershof van de Sint-Antoniusgilde bezet door Franse troepen en als kazerne gebruikt. Waarschijnlijk werden daartoe in het vierde kwart van de 17de eeuw paardenstallen opgetrokken op de schuttersbaan achter het gildehuis rondom een langgerekt, rechthoekig binnenplein, heden een beplante binnentuin. Door een koninklijk decreet van 1703 werd de Sint-Antoniusgilde tijdelijk afgeschaft, het schuttershof met gildehuis werd eigendom van de stad en deed van dan af dienst als hospitaal voor officieren en invalide soldaten. Het voormalige gildehuis werd voor dit doel in 1755 heringericht. (De in 1752 heropgerichte Sint-Antoniusgilde vergaderde van 1755 tot 1783 in oude kazernegebouwen van de stad gelegen in het Prinsenhof huidig nummer 26). Eind 1777 werden de gebouwen gehuurd van de stad voor de inrichting van een armenhospitaal, het zogenaamd "oudmannekenshuys" gesticht door baron Van der Meersch de Berlaere, Moeraert en G. Van Eersel, bisschop van Gent. Later een tehuis voor oude mannen en vrouwen, zogenaamd "huys van Bermhertigheid". In 1784 door de stichters afgekocht van de stad. Sinds 1805 rusthuis voor oude dames. Stichting in het Sint-Antoniushospitaal in 1809 van een kloostergemeenschap, de zogenaamd dochters, later zusters van Liefde van de Verrezen Zaligmaker, in 1955 toegetreden tot de zustergemeenschap van de Heilige Jozef of josephinen van de Briel. Verblijf van de kanunnik opgetrokken aan de straatkant in het eerste kwart van de 19de eeuw, heden pastorie (nummer 10). Sloping van de toren en voormalige bijgebouwen van het gildehuis in 1821 (westkant) en optrekken van een onderkelderde kapel gewijd aan Sint-Vincentius van Padua. Midden 19de eeuw vergroting en verhoging van de voormalige paardenstallen door kanunnik Helias D'Huddeghem, voornamelijk aan de westkant met een ziekenzaal in de as van de kapel en een klein oratorium voor de zusters, vermoedelijk opgetrokken in 1848. Tehuis van Sint-Antonius werd later eigendom van het Bestuur der Burgerlijke Godshuizen, heden O.C.M.W.

Cultuurkapel St Vincentius   Antoniuskaai


Ongetwijfeld bestond er in het Sint-Antoniushof van bij de oprichting van het bejaardentehuis een kapel. In 1810 werd J.H. Schoorman benoemd tot pastoor van het hof. Hij liet in 1822 een nieuwe kapel bouwen, toegewijd aan Sint-Vincentius a Paulo. In 1843 werd hij opgevolgd door Idesbald Emmanuel Helias d'Huddeghem. Deze werd de grote weldoener en van de zusters, en van het Sint-Antoniushof. Hij liet de kapel aankleden: een hoofdaltaar in neobarok met beelden van Sint-Vincentius a Paulo, Sint Idesbaldus en Sint Jozef (door Jules Van Biesbroeck), met beelden van Onze Lieve Vrouw en Sint Jan (door Franck) en liet glasramen plaatse waarin vooral het raam met de afbeelding van het begijntje Theresia Verhaeghen aandacht verdient. Opvallend waren verder de monumentale preekstoel uit 1844 met afbeeldingen van de Heilige Familie, Dint Antonius en Sint-Vincentius a Paulo, en, het orgel (door Van Denter). In 1911 werd door de Gentse firma Serck naar de plannen van Modest De Noyette een nieuw doksaal gebouwd en werd het orgel van Van Denter vervangen door een nieuw instrument. 

De verbouwde kapel bevindt zich aan de St. Antoniuskaai te Gent. Je kan de kapel huren voortentoonstellingen en concerten. Ook seminars, kleine beurzen, lezingen, recepties en feesten zijn er mogelijk. Dit zowel voor particulieren als bedrijven en verenigingen.